2023-09-23 Een onrechtvaardige bedrijfsvoering?, Roland Brans

Jesaja 55, 6-9
Mattheüs 20, 1-16a

Wat een bedrijfsvoering-van-lek-me-vestje! Dat is mijn eerste reactie als ik weer de parabel lees over de werkers van het elfde uur. Iemand die net pas aan komt evenveel betalen als degene die de hele dag gewerkt heeft. En dan moet je nagaan dat het in die regio ook nog eens ploeteren is onder de warme zon. Vakbonden waren er in die tijd nog niet, maar als ik die eerste werker was geweest die evenveel kreeg als de laatst gearriveerde, dan denk ik dat ik er spontaan een had opgericht.
Er schieten me twee gebeurtenissen te binnen, waar ik onlangs bij betrokken geweest ben en waar ik in het licht van het voorafgaande aan moest denken: het functiehuis en de puppytraining.

Het functiehuis. In mijn werk was ik betrokken bij het maken van een nieuwe functiebeschrijving voor een groep medewerkers. Een functiebeschrijving maken is een heel proces, waarbij het totale pakket van vaardigheden, activiteiten en verantwoordelijkheden wordt gewogen. Vervolgens wordt daar een salarisschaal aan verbonden. Dat is wat we doen, overal: we meten en wegen in dit functiehuis alle personeelsleden en daar komt dan een salarisschaal uit. Dat gebeurde op mijn werk ook. Ik werkte mee aan een menselijk systeem. Er ontstond onrust toen men het niet eens was met de gekozen loonschaal: men vond het salaris niet voldoende. Als ik de parabel van de werkers van het elfde uur op mijn werk had verteld, had ik slechts hoongelach ontvangen. Afgunst ligt op de loer als we zomaar iedereen gelijk zouden belonen, ongeacht de inspanningen.

Heel anders dan bij de landeigenaar. De landeigenaar staat voor God. God hanteert niet de maatstaf ‘loon naar prestatie’, maar geeft een goddelijke beloning: ‘loon naar behoefte’. Onvoorwaardelijk.

Ik kan het niet helpen, maar ik moet aan een heel andere vorm van belonen denken. Namelijk de puppytraining die ik onlangs gevolgd heb, samen met onze jonge enthousiaste hond Fien. Het is trouwens meer een training voor de baas dan een puppytraining, maar goed. Tijdens de training maakten we kennis met de zogenaamde clickermethode. Voor sommige hondeneigenaren misschien gesneden koek, maar voor de niet-ingewijden onder ons, leg ik het beknopt uit. Eerst leer je de hond om het verband te leggen tussen een clickgeluid en een beloning: click-hap-click-hap enz. Zo weet de hond dat op een click altijd een beloning volgt, meestal in de vorm van een hondensnoepje. Op die manier kun je beloning van goed gedrag vooral goed timen. Want precies op het moment dat je clickt, weet de hond dat hij iets goed heeft gedaan. Overigens met een mooi resultaat: als onze hond zin heeft, luistert hij heel goed.
Nu is een hond geen mens en gaat het bij deze training vooral om het aanleren van goed gedrag (conditionering), maar het hele clickerverhaal leerde me weer eens hoe beloning en tijdstip met elkaar verbonden kunnen zijn. Een collega vertelde me eens dat zij de clicker had gebruikt bij haar man die in de keuken stond: hij doet de goede la open-click; pakt de aardappelen-click, wast de groenten-click. Of ze haar man ook een hondenkoekje gaf, weet ik niet meer. Hoe dan ook: de boodschap was duidelijk: als je het goed doet, krijg je een beloning.
Staat dit clicker-verhaal ook diametraal tegenover de beloning die de landeigenaar geeft? Toen ik er langer over nadacht zag ik toch een overeenkomst: zowel de landeigenaar als de hondentrainer zijn allebei gericht op het geven van een positieve beloning zonder onderscheid. Wat niet goed gaat wordt genegeerd en alles wat goed gaat beloont, ook als het maar één keer gebeurt. Er wordt nooit gestraft en iedereen deelt in gelijke mate van een rechtvaardige beloning.

Toch heeft God geen clicker nodig om zijn beloning te timen en al helemaal geen functiehuis om te bepalen wie meer of minder te geven. God geeft onvoorwaardelijk, is goed voor iedereen en zet als een zogenaamd wereldvreemde landeigenaar onze wereld op zijn kop. In de eerste lezing uit Jesaja lezen we dat God ondoorgrondelijk kan zijn, maar dat iedereen die zich tot Hem keert op zijn genade, zijn erbarmen kan rekenen. God heeft geen goede of slechte bedrijfsvoering. Zijn wegen zijn ondoorgrondelijk. In de wereld van God krijgt iedereen gewoon wat hij nodig heeft.

En dat is de wereld waar we naar snakken: iedereen gelijkwaardig. Onze wereld zegt: wie niet werkt zal niet eten. God zegt: ieder krijgt wat hij nodig heeft. Wie in de ellende wordt gestort, de ellende van een natuurramp waardoor je je dierbaren verliest, de ellende van ziekte, van armoede, van onrecht, dan houdt God ons voor, als een opdracht: biedt troost, recht en brood, zodat iedereen kan delen in Zijn genade.

Aan het eind van de parabel vraagt de landeigenaar: ‘Mag ik soms met het mijne niet doen wat ik verkies, of zijt ge kwaad, omdat ik goed ben?’ Gewoon goed zijn, wie heeft daar geen click mee?

Amen

Roland Brans

Geplaatst in Preken.